Leeswijzer

Inleiding
De programmabegroting bestaat uit de volgende onderdelen, die met het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV) door het Rijk zijn vastgesteld, te weten: de beleidsbegroting (het programmaplan en de paragrafen), de financiële begroting en de ramingen en realisatiecijfers geclusterd naar taakvelden.

In de programma’s zijn alle kosten opgenomen die direct verbonden zijn aan de gemeentelijke taken en activiteiten (het primaire proces). De baten en lasten van de overhead worden niet onder de afzonderlijke beleidsprogramma’s geregistreerd en verantwoord, maar centraal gepresenteerd in een overzicht overhead.

1. Programmaplan
De begroting bestaat uit negen programma’s en twee overzichten, de indeling is als volgt:

  • Bestuur en dienstverlening
  • Veiligheid en handhaving
  • Verkeer, vervoer en waterstaat
  • Economie en citymarketing
  • Onderwijs
  • Sport, cultuur, recreatie en groen
  • Sociaal domein
  • Volksgezondheid, milieu en duurzaamheid
  • Ruimtelijke ordening, bouwen en wonen
  • Overzicht Overhead
  • Overzicht Algemene dekkingsmiddelen

De indeling van de programma’s ziet er als volgt uit:

  • Speerpunten (Wat willen we bereiken?)
  • Beschrijving activiteiten (Wat gaan we daarvoor doen?)
  • Verbonden partijen (die een bijdrage leveren om de programmadoelstelling te bereiken)
  • Subsidies (die een bijdrage leveren om de programmadoelstelling te bereiken)
  • Top- en subindicatoren en de verplicht gestelde beleidsindicatoren
  • Kaderstellende documenten (Verordeningen en Beleidsnota's)
  • Reguliere taken
  • De raming van baten en lasten (Wat gaat het kosten?)
  • Investeringen

Indicatoren
Voor jaarschijf 2020 zijn indicatoren en streefcijfers opgenomen. Daarnaast wordt de verplicht gestelde basisset van beleidsindicatoren gepresenteerd. Deze cijfers laten de trend tot en met 2018 zien en zeggen nog niets over de ambities die wij hebben. Conform de voorschriften maken we gebruik van de gegevens op www.waarstaatjegemeente.nl . Echter, niet alle cijfers op deze site zijn even actueel.

Het college heeft bij het opstellen van de programmabegroting de indicatoren en streefcijfers kritisch tegen het licht gehouden. Het streven daarbij was te komen tot een minder uitvoerige set van indicatoren waarbij de koppeling tussen doel (outcome) en indicator is versterkt.  

2. Paragrafen
In dit hoofdstuk wordt ingegaan op een aantal financiële en bedrijfsmatige zaken, die dwars door het beleid uit de programma’s heen lopen. Deze zaken zijn:

  • Lokale heffingen
  • Weerstandsvermogen en risicobeheersing
  • Onderhoud kapitaalgoederen
  • Financiering
  • Bedrijfsvoering
  • Informatieveiligheid
  • Verbonden partijen
  • Subsidies
  • Grondbeleid

Met de genoemde onderwerpen is een groot (financieel) belang gediend. De paragrafen geven daardoor extra informatie voor de beoordeling van de financiële positie op de korte en langere termijn.

3. Financiële begroting
Overzicht van baten en lasten
De financiële begroting begint met het overzicht van baten en lasten van de Programmabegroting 2020-2023 en een toelichting. Dit is een cijfermatige vertaling van het beleid op hoofdlijnen en de uitgangspunten/ kaders naar euro’s.

Geprognosticeerde balans
In dit onderdeel geven we inzicht in de ontwikkeling van de balanspositie van de vaste activa en passiva. Dit betreft vooral een meerjarig beeld van de reserves en voorzieningen, opgenomen geldleningen en de investeringen.

Beoordeling financiële positie
Met behulp van een aantal financiële kengetallen wordt inzicht gegeven in de financiële weerbaarheid en robuustheid van de begroting.  

ga terug